Sociaal

Ten opzichte van de bijgestelde begroting is er in 2021 een positieve afwijking geweest op het programma sociaal. De belangrijkste oorzaak van de onderschrijding is de hogere bate op werk en inkomen door terugvorderingen in het kader van participatiewet, minimabeleid en de ontvangsten in het kader van de Tozo-regeling. Dit heeft enerzijds te maken met lagere uitkeringen bij de definitieve vaststelling en anderzijds dat bedrijfskapitaal sneller wordt afgelost. Daarnaast zijn de uitvoeringskosten voor de uitvoering van de regeling Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers lager uitgevallen dan begroot.

Het lagere verbruik en de lagere tarieven voor vervoer in het onderdeel Wmo is onderdeel van de onderschrijding. Ook op jeugd onderschrijden we; we constateren een lagere besteding op reguliere begeleiding van jeugd 18-, opvoedhulp, pgb en op het preventieve deel van het jeugdbeleid; een groot deel van de taken kon niet uitgevoerd worden. Een deel van de inzet op de transformatie van het sociaal domein vindt plaats in 2022, zo ook de financiële afhandeling van een faillissement van een zorgaanbieder. Er wordt verzocht deze budgetten die niet zijn uitgegeven over te hevelen naar 2022.