Reserves en voorzieningen
In de raadsvergadering van 12 oktober 2017 is het reservebeleid geactualiseerd middels de Nota reserves en voorzieningen 2017.
De algemene reserve niet vrij besteedbaar heeft als ondergrens minimaal € 1 miljoen en maximaal 10% van de totale lasten bij begroting of jaarrekening. Het doel hiervan is het vormen van een buffer voor het opvangen van calamiteiten en risico's. Als de ondergrens van € 1 miljoen wordt bereikt doet het college een voorstel tot herstel van deze bufferfunctie. Met de algemene reserve niet vrij besteedbaar kan een periode worden overbrugd indien bijvoorbeeld de inkomsten ineens sterk afnemen door veranderend rijksbeleid of bepaalde lasten sterk stijgen.
Het surplus hierboven is in principe vrij besteedbaar, rekening houdend met de noodzakelijke berekende weerstandscapaciteit. In de nota reserves en voorzieningen 2017 is aangegeven dat deze algemene reserve vrij besteedbaar tevens minimaal € 1 miljoen moet bedragen ter extra borging van de weerstandscapaciteit.
De algemene reserve is opgesplitst in een algemene reserve niet vrij besteedbaar en een algemene reserve vrij besteedbaar, samen vormen ze de minimale ondergrens van de algemene reserve van € 2.000.000. De stand van de algemene reserve per 31-12-2021 bedraagt € 2.122.000 en voldoet hiermee aan de gestelde ondergrens van de algemene reserve.
In de toelichting op de balans wordt de stand van alle reserves weergegeven.